Onmogelijke eisen

Het opstellen van een aanbestedingsdocument is geen eenvoudige opgave. Het is bovendien teamwork, waarbij juridische kennis, productkennis en marktkennis samengebracht moeten worden. Het is daarom niet vreemd dat een aanbestedingsdocument bij initiële publicatie vaak nog onduidelijkheden, lacunes of fouten bevat. De nota’s van inlichtingen zijn het uitgelezen middel waarmee een leverancier de aanbestedende dienst op die fouten kan wijzen en waarmee de aanbestedende dienst deze onduidelijkheden of fouten vervolgens kan herstellen.

Dat zal (in de ogen van de leverancier) niet altijd tot het gewenste resultaat leiden. Soms houdt een aanbestedende dienst eenvoudigweg vast aan eenmaal gestelde eisen, hoe onhandig of onmogelijk deze volgens de leverancier ook zijn. De leverancier kan er dan voor kiezen een kort geding te starten waarin staking van de procedure wordt gevorderd. De voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag deed in 2019 een lezenswaardige uitspraak in zo’n zaak (ECLI:NL:RBDHA:2019:7772).

De uitspraak

Enkele UMC’s organiseerden gezamenlijk een aanbestedingsprocedure voor de levering van ICD’s, Pacemakers, Leads & Remote Patiënt Management Systemen. De opdrachten werden gegund op basis van beste prijs-kwaliteitverhouding, waarbij gebruik werd gemaakt van prijsplafonds. Deze prijsplafonds waren volgens leverancier Medtronics te laag vastgesteld, waardoor kosten voor bepaalde diensten onmogelijk in rekening gebracht konden worden. Ondanks kritische vragen in de nota’s van inlichtingen, hielden de UMC’s vast aan de prijsplafonds.

Medtronics maakte daarop, nog voordat de uiterste inschrijvingsdatum was verstreken, een kort geding aanhangig, waarin zij staking van de aanbestedingsprocedure vorderde. Omdat dit voor de aanbestedende diensten geen aanleiding was de procedure op te schorten, diende Medtronics zekerheidshalve wel tijdig een inschrijving in.

Tijdens de kortgedingprocedure verweerden de UMC’s zich onder meer door te verwijzen naar de door Medtronics gedane inschrijving. Uit het feit dat Medtronics had ingeschreven met een prijs onder de prijsplafonds, kon volgens de UMC’s worden afgeleid dat deze prijsplafonds reëel en rechtmatig waren. Hier ging de voorzieningenrechter niet in mee. De relevante overweging luidt als volgt:

De UMC’s hebben de procedure niet opgeschort in afwachting van de uitkomst van dit geding. Om kans te blijven maken op gunning van de opdracht in het geval haar vorderingen in dit geding zouden worden afgewezen, kon Medtronic niet anders dan inschrijven op de aanbesteding met de opzet en voorwaarden zoals die thans zijn gesteld. De voorzieningenrechter acht het niet passend om dit op enigerlei wijze in dit geding aan Medtronic tegen te werpen bij de bespreking van haar reeds vooraf gemaakte bezwaren over de opzet van de aanbesteding.

Zolang een potentiele inschrijver dus duidelijk zijn bezwaren kenbaar maakt voorafgaand aan inschrijving, kan deze een procedure aanhangig maken ter zake staking van de procedure én een inschrijving doen volgens de gestelde – en mogelijk dus onrechtmatige – opzet en voorwaarden van de aanbesteding. Die inschrijving zal dan geen invloed hebben op het reeds aanhangig gemaakte kort geding.

Vragen?

Heeft u vragen over deze blog, neemt u dan contact op met Jeroen van Helden en/of Menno de Wijs.

Deze blog maakt deel uit van een serie. Deel 1 kunt u hier vinden.