We gebruiken cookies om content en advertenties te personaliseren, om sociale mediafuncties aan te bieden en om ons verkeer te analyseren. We delen ook informatie over uw gebruik van onze site met onze sociale media-, advertentie- en analysepartners, die deze kunnen combineren met andere informatie die u aan hen heeft verstrekt of die zij hebben verzameld op basis van uw gebruik van hun diensten.
Onze privacyverklaring:
Hieronder kunt u kiezen voor welke doeleinden u cookies op de website van De Clercq wilt toestaan.
Een van de belangrijkste wijzigingen waar een burger of bedrijf direct mee te maken zal krijgen is de invoering van het relativiteitsvereiste. Dit houdt in dat in beroep een besluit niet meer vernietigd zal worden, wanneer de rechter vaststelt dat de geschonden norm kennelijk niet strekt tot de bescherming van de belangen van de belanghebbende die zich op deze norm beroept. Kortom weer een extra horde die genomen moet worden wil men succesvol de overheid op het matje kunnen roepen.
Er wordt daarbij de mogelijkheid gecreëerd om een klein materieel gebrek in een besluit te kunnen passeren, maar wel slechts wanneer dit niet in het nadeel is van de belanghebbende. Er zijn ook wijzigingen die zonder meer lijken bij te dragen aan een beter procesrecht, zoals het expliciet opnemen van de plicht om geschillen zoveel mogelijk definitief te beslechten. Tevens de mogelijkheid tot het instellen van incidenteel beroep en de invoering van de zogenaamde ‘judiciële lus’. Ten slotte zal er ten behoeve van de rechtseenheid een ‘grote kamer’, met vertegenwoordigers van alle hogere bestuursrechtcolleges, worden ingevoerd. Zoals met elke wetswijziging zal de praktijk uiteraard nog moeten uitwijzen in hoeverre we uiteindelijk daadwerkelijk kunnen spreken van een verbetering van het bestuursprocesrecht.
Graag adviseren wij u. Voor al uw vragen betreffende bestuursrecht kunt u terecht bij het team vastgoed van De Clercq.