Deze website gebruikt cookies

We gebruiken cookies om content en advertenties te personaliseren, om sociale mediafuncties aan te bieden en om ons verkeer te analyseren. We delen ook informatie over uw gebruik van onze site met onze sociale media-, advertentie- en analysepartners, die deze kunnen combineren met andere informatie die u aan hen heeft verstrekt of die zij hebben verzameld op basis van uw gebruik van hun diensten.

Onze privacyverklaring:

Blogs / 

Effectieve medezeggenschap: medezeggenschap in concernverhoudingen

Ondernemingsrecht

14 november 2023

Geschreven door

Eveline Bakker

Blog Image

Wanneer een onderneming bestaat uit meerdere vennootschappen met meerdere ondernemingsraden, kan het ingewikkeld zijn om te bepalen bij welke ondernemingsraad bijvoorbeeld een adviesplichtig besluit hoort te worden voorgelegd. Daarnaast kan het lastig zijn om wezenlijke invloed uit te oefenen indien het besluit dat bij een onderneming ten uitvoer wordt gelegd, eigenlijk op een ander niveau in de organisatie tot stand is gekomen. Hoe zit dit eigenlijk?

Een concern

Meerdere vennootschappen worden samen een concern genoemd indien deze entiteiten een gemeenschappelijk financieel, economisch en sociaal beleid hebben. We spreken – kort gezegd – van een moedervennootschap en een dochtervennootschap indien de aandelen in de ene vennootschap worden gehouden door een andere vennootschap en  deze laatste vennootschap zeggenschap uitoefent over de onderliggende vennootschap. Veel bepalingen in de WOR zijn passend voor de situatie dat sprake is van één ondernemer die één onderneming in stand houdt waaraan één ondernemingsraad is verbonden. Indien sprake is van een concern kan hier niet vanuit worden gegaan en dat maakt de toepassing van deze bepalingen soms complex.

Denk bijvoorbeeld aan de situatie dat op het niveau van de moedervennootschap, waar geen ondernemingsraad is ingesteld, een besluit wordt genomen dat op het niveau van de dochtervennootschap, waar wel een ondernemingsraad is ingesteld, grote gevolgen heeft. De vraag rijst hoeveel wezenlijke invloed kan worden uitgeoefend. In feite wordt op het niveau van de dochtervennootschap uitsluitend het besluit van de moedervennootschap uitgevoerd. Het gevolg hiervan is dat op het niveau van de dochtervennootschap minder medezeggenschap kan plaatsvinden over de aspecten van het besluit.

Concernbelang

Een andere vraag is of de ondernemingsraad bij het adviestraject mee dient te nemen dat de onderneming onderdeel is van een groter geheel en daarbij dus ook rekening dient te houden met het concernbelang. Bekend is dat het bestuur van de dochtervennootschap rekening mag houden – en in sommige gevallen moet houden – met het concernbelang. Een bestuurder kan dan niet volstaan met de motivering dat het besluit op het niveau van de moedervennootschap is genomen. Voor de ondernemingsraad geldt dat hij dient in te gaan op de motivering van de bestuurder en daarbij zal hij dus ook het concernbelang moeten betrekken.

Afspraken

Welke mogelijkheden zijn er dan om de medezeggenschap in concernverhoudingen effectief te laten verlopen? Daarover kunnen afspraken worden gemaakt. In dit geval bijvoorbeeld afspraken over het delen van informatie met betrekking tot bijvoorbeeld het concern. Daarnaast zijn medezeggenschapsorganen denkbaar die goed passend zijn bij een concern. Denk hierbij bijvoorbeeld aan centrale ondernemingsraden, groepsondernemingsraden of gemeenschappelijke ondernemingsraden.

Heb je vragen over medezeggenschap in concernverhoudingen? Neem dan contact op met Eveline Bakker!