We gebruiken cookies om content en advertenties te personaliseren, om sociale mediafuncties aan te bieden en om ons verkeer te analyseren. We delen ook informatie over uw gebruik van onze site met onze sociale media-, advertentie- en analysepartners, die deze kunnen combineren met andere informatie die u aan hen heeft verstrekt of die zij hebben verzameld op basis van uw gebruik van hun diensten.
Onze privacyverklaring:
Hieronder kunt u kiezen voor welke doeleinden u cookies op de website van De Clercq wilt toestaan.
Bij aankomst in Denemarken werd het pakketje onderworpen aan een controle door de douaneautoriteiten. Deze hebben de vrijgave van het horloge geschorst omdat zij vermoedden dat sprake was van een inbreuk op het originele horloge van het merk Rolex en van schending van de auteursrechten op het betrokken modelrecht. Op 18 maart 2010 werden Rolex en de heer Blomqvist hiervan in kennis gesteld.
Na te hebben vastgesteld dat het daadwerkelijk namaak betrof, heeft Rolex overeenkomstig de in de douaneverordening vastgestelde procedure gevraagd dat de schorsing van de vrijgave werd gehandhaafd. Tevens heeft zij de heer Blomqvist verzocht om in te stemmen met de vernietiging van het horloge door de douaneautoriteiten. De heer Blomqvist heeft zich tegen die vernietiging verzet, waarbij hij aanvoerde dat hij dit horloge legaal had gekocht. Rolex heeft vervolgens bij het Sø og Handelsret (handelsrechtbank) een vordering ingesteld die ertoe strekt dat de heer Blomqvist wordt gelast, de schorsing van de vrijgave en de vernietiging van het horloge zonder compensatie te aanvaarden. Deze rechterlijke instantie wees de vordering van Rolex toe. De heer Blomqvist stelde hiertegen hoger beroep in bij het Højesteret.
De rechter in hoger beroep vraagt zich allereerst af, of in een situatie als de onderhavige daadwerkelijk inbreuk is gemaakt op een recht van intellectuele eigendom, een noodzakelijke voorwaarde voor toepassing van de Douaneverordening. In dit verband is namelijk vereist dat sprake is van een inbreuk op een in Denemarken beschermd auteursrecht of merkrecht en voorts dat de gestelde inbreuk in diezelfde lidstaat heeft plaatsgevonden. Aangezien vaststaat dat de heer Blomqvist zijn horloge voor persoonlijk gebruik heeft gekocht en dat hij geen inbreuk heeft gemaakt op de Deense auteurswet en merkenwet, rijst volgens de rechter vervolgens de vraag of de verkoper het auteurs en merkenrecht in Denemarken heeft geschonden. Gelet op eerdere arresten van het Europese Hof van Justitie is het in dit verband de vraag of sprake is van “distributie onder het publiek” in de zin van de Richtlijn betreffende het auteursrecht en van “gebruik in het economische verkeer” in de zin van de Merkenrichtlijn en de Gemeenschapsmerkenverordening. De rechter stelt daarom zogenaamde “prejudiciële vragen” (vragen van uitleg) aan het Europese Hof van Justitie. In het licht van voornoemde punten vraagt “de verwijzende rechter” zich ook af, of vóór de verkoop voor dat goed een verkoopaanbieding moet zijn gedaan aan of reclame zijn gemaakt bij de consumenten van de betreffende lidstaat om te oordelen dat er sprake is van inbreuk door de verkoper.
Het Europese Hof van Justitie komt met een aantal heldere antwoorden. In overweging 30 en 35 concludeert het Hof:
Een lange juridische weg diende te worden afgelegd, maar voor de heer Blomqvist zonder succes. Er is sprake van inbreuk (niet door de heer Blomqvist maar wel door de verkoper) en de heer Blomqvist ziet zijn horloge niet meer terug. IE-rechthebbenden staan dus niet (geheel) met lege handen bij verkoop via internet. Indien de heer Blomqvist echt dol is op procederen kan hij een procedure op basis van wanprestatie overwegen in China jegens de verkoper, maar ik kan mij voorstellen dat dat zelfs voor de heer Blomqvist een brug te ver is… Hier vindt u het gehele arrest van het Europese Hof van Justitie
Heeft u vragen over piraterij via het internet, neemt u dan contact op met ons team IT, Privacy & Cybersecurity.