Het ministerie besloot deze onduidelijkheid te herstellen. Hiervoor zond het ministerie aan alle inschrijvers een aangepaste matrix waarin naast alle andere velden ook de nieuwprijs moest worden ingevuld, dit keer, zonder korting. De voorzieningenrechter kreeg de vraag voorgelegd of dit was toegestaan.
De voorzieningenrechter oordeelde dat geen sprake mag zijn van een wijziging in de voorwaarden die als essentieel moet worden aangemerkt. Bovendien mag een dergelijke tweede offerteronde geen ongelijke behandeling teweeg brengen. Dit houdt in dat alle inschrijvers in de gelegenheid moeten worden gesteld om onder gelijke voorwaarden het aangepaste inschrijfformulier in te dienen. Nu niet sprake was van een essentiële wijziging en de wijziging niet leidde tot discriminatie, was het ministerie gerechtigd en ook genoodzaakt om de onduidelijkheden weg te nemen en de aangepaste inschrijfformulieren opnieuw te laten invullen door de inschrijvers, aldus de voorzieningenrechter.
Heeft u vragen over het repareren van een inschrijfdocument, neemt u dan contact op met Per van der Kooi, en Menno de Wijs, advocaten bouwrecht en aanbestedingsrecht.