De vraag rijst wat er onder het nieuwe pensioenstelsel gebeurt met al opgebouwd pensioen. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen regelingen die zijn ondergebracht bij pensioenfondsen en regelingen die zijn ondergebracht bij verzekeraars en premiepensioeninstellingen. Voor regelingen die zijn ondergebracht bij pensioenfondsen geldt dat in principe alle opgebouwde pensioenen worden ingevaren in het nieuwe systeem.
Invaren: ‘het toepassen van de regels van een collectief gewijzigde pensioenovereenkomst op pensioenrechten en pensioenaanspraken die voorafgaand aan die wijziging zijn verworven.’
Alleen als het invaren tot een onevenredig nadeel voor belanghebbenden leidt, kan worden afgezien van dit verzoek.
Voor het invaren gelden de volgende vijf stappen:
Zoals aangegeven in stap 5 is het individuele bezwaarrecht van de individuele deelnemer tegen het invaren vervallen. In principe heeft iedere deelnemer het recht om bezwaar te maken tegen een verandering van de pensioenregeling. Dat is hier niet het geval. Het systeem van collectieve vertegenwoordiging door de sociale partners in samenspraak met het pensioenfonds biedt volgens de wetgever goede waarborgen voor het niet opnemen van het individuele bezwaarrecht. De wet neemt – in het kader van de herziening van het pensioenstelsel en de overstap op dat nieuwe pensioenstelsel – specifiek voor pensioenregelingen die zijn ondergebracht bij pensioenfondsen tijdelijk belemmeringen weg om invaren te faciliteren. Indien geen invaarverzoek wordt gedaan, zal hiervan een onderbouwing worden opgenomen in het transitieplan. Uit de onderbouwing moet dan duidelijk worden welke belangen zijn gewogen en waarom invaren in dit specifieke geval onevenredig ongunstig wordt geacht.